ijsduiker
Dutch
editEtymology
editFrom ijs (“ice”) + duiker (“diver”).
Pronunciation
editNoun
editijsduiker m (plural ijsduikers, diminutive ijsduikertje n)
Further reading
edit- ijsduiker on the Dutch Wikipedia.Wikipedia nl
From ijs (“ice”) + duiker (“diver”).
ijsduiker m (plural ijsduikers, diminutive ijsduikertje n)