Dutch

edit

Etymology

edit

From the gerund of aanbevelen (to recommend) +‎ -s- +‎ waardig (deserving, worthy).

Pronunciation

edit
  • IPA(key): /ˌaːn.bə.veː.lənsˈʋaːr.dəx/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: aan‧be‧ve‧lens‧waar‧dig

Adjective

edit

aanbevelenswaardig (comparative aanbevelenswaardiger, superlative aanbevelenswaardigst)

  1. recommendable, advisable
    Synonym: aanbevelenswaard
    • 2015 August 25, Alwin Kuiken, “Ombudsman: fout op fout bij pgb-debacle”, in Trouw:
      Het streven van staatssecretaris Van Rijn (PvdA, volksgezondheid) om de betalingssystematiek zo te veranderen dat er minder gefraudeerd kon worden, was aanbevelenswaardig, oordeelt de Ombudsman.
      Junior minister Van Rijn's (Labour Party, public health) goal of changing payment mechanisms in such way to reduce the possibility of fraud, was recommendable, the Ombudsman concludes.
  NODES
Note 1