De Kameleon ruikt onraad is het zesenveertigste deel uit De Kameleon-boekenreeks van schrijver Hotze de Roos. De illustraties zijn van Gerard van Straaten. De eerste editie kwam uit in 1978.
Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.
Er wordt een kaasauto gestolen in Lenten. De hele omgeving en de polder wordt afgezocht, maar nergens is er een spoor te vinden van de daders. Totdat onze Kameleon vrienden rietsigaren gaan plukken en ze opeens de geur van kaas ruiken. Intussen zet Gerben zich in voor Circus Hopla, hij treedt op met zijn paard Bles omdat het circuspaard bezweken was door de vele reizen van het circus. Tijdens dit circusoptreden krijgt de lezer voor het eerst te horen hoe de vader van Hielke en Sietse heet, namelijk Evert.
De 'hertaling' van dit deel wijkt sterk af van het originele verhaal. Piero Stanco, 'P de Roos' heeft in principe een nieuw verhaal geschreven.[bron?]