Georg Rijken
Georg Laurens Rijken (Rotterdam, 4 mei 1863 – aldaar, 28 februari 1948) was een Nederlands (koor-)dirigent.[1]
Georg Rijken | ||||
---|---|---|---|---|
Georg Rijken in Onze Musici 1923
| ||||
Volledige naam | Georg Laurens Rijken | |||
Geboren | 4 mei 1863 | |||
Overleden | 28 februari 1948 | |||
Beroep(en) | koordirigent | |||
|
Hij was zoon van pianohandelaar en -bouwer Jan Ferdinand Rijken (Gebrs. Rijken & De Lange) en Maria Felperlaan. Hijzelf trouwde met Johanna Theodora Klawer, die in een aantal van zijn koren als sopraan meezong. Voor zijn werkzaamheden werd hij benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau en was ook Officier de l’Instruction Publique.
Hij verkreeg zijn opleiding van Joh.H. Sikemeier (piano), Samuel de Lange sr. (orgel), Friedrich Gernsheim (muziektheorie en compositieleer) en Arnold Spoel (zang). Ook Ludwig Felix Brandts Buys en Willem Kes bevonden zich onder zijn leraren. Hij begon trouwens op veertienjarige leeftijd ook zelf les te geven, onder meer aan jeugdvriendje André Spoor.
Hij werd dirigent binnen de Rotterdamse muziekwereld. Zo leidde hij het “Gemengd koor van de Rotterdamsche Liedertafel” (vanaf de oprichting in 1886), het Schiedammer mannenkoor Orpheus (vanaf 1891), Rotte’s Mannenkoor, HOZ (Haags Onderwijzers Zangvereniging) en amateursymfonieorkest "Symphonia" en vanaf 1896 van de Rotterdamsche Orkest Vereeniging. Vooral met de koren behaalde hij successen met diverse prijzen. Voorts gaf hij les aan de muziekscholen van de Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst.in Den Haag en Rotterdam. Als dirigent leidde hij veel werken van Nederlandse componisten, onder andere de reizangen Gijsbreght van Aemstel van Alphons Diepenbrock. Anderzijds bespeelde hij twintig jaar lang het orgel van de Waalse Kerk.
Hij componeerde ook enige werken op het gebied van liederen en koorzang. Zijn kindercantate Op koningin’s verjaardag was enige tijd bekend.
- Onze Musici, 1898/1911/1923; Nijgh & Van Ditmar, (tekst van versie 1923 is samenvatting van de tekst uit versie 1911)
- J.H. Letzer: Muzikaal Nederland 1850-1910. Bio-bibliographisch woordenboek van Nederlandsche toonkunstenaars en toonkunstenaressen - Alsmede van schrijvers en schrijfsters op muziek-literarisch gebied, 2. uitgaaf met aanvullingen en verbeteringen. Utrecht: J. L. Beijers, 1913, 145, tekst overeenkomstig Onze Musici 1911
- Geïllustreerd muzieklexicon, onder redactie van Mr. G. Keller en Philip Kruseman, medewerking van Sem Dresden, Wouter Hutschenruijter (1859-1943), Willem Landré, Alexander Voormolen en Henri Zagwijn; uitgegeven in 1932/1949 bij J. Philips Kruseman, Den Haag; pagina 632 tekst overeenkomstig Onze Musici 1911, de aanvulling vermeldt zijn overlijdensgegevens
- Jozef Robijns, Miep Zijlstra: Algemene muziek encyclopedie, Haarlem: De Haan, 1979-1984, ISBN 978-90-228-4930-9, deel 8, pagina 315 (grotendeels gebaseerd op Onze Musici 1911),
- Georg Rijken. Algemeen Handelsblad (28 februari 1948). Geraadpleegd op 19 november 2021 – via delpher.nl.
- ↑ Ook de naamvariant George Rijken komt veelvuldig voor.