-da
- Regelmatige Latijnse vorm voor het oorspronkelijk Griekse -des.
-da
- vormt zelfstandige naamwoorden van eigennamen, waarbij de zoon of kleinzoon van de genoemde aangeduid wordt; patroniem
- «Aenēas → Aeneada»
- Aeneas → (klein)zoon van Aeneas
- «Aenēas → Aeneada»
Klinkerharmonie | |
---|---|
Niet-palataal | -da |
Palataal | -de |
Na f,k,s,ş,ç,t,h,p | |
Niet-palataal | -ta |
Palataal | -te |
-da na "a", "ı", "o" of "u" .
- vormt de locatief van een zelfstandig naamwoord