• Regelmatige Latijnse vorm voor het oorspronkelijk Griekse -des.

-da

  1. vormt zelfstandige naamwoorden van eigennamen, waarbij de zoon of kleinzoon van de genoemde aangeduid wordt; patroniem
    «Aenēas → Aeneada»
    Aeneas → (klein)zoon van Aeneas


Klinkerharmonie
Niet-palataal -da
Palataal -de
Na f,k,s,ş,ç,t,h,p
Niet-palataal -ta
Palataal -te

-da na "a", "ı", "o" of "u" .

  1. vormt de locatief van een zelfstandig naamwoord
  NODES
Done 1