Standaardnederlands

  • Stan·daard·ne·der·lands
enkelvoud meervoud
naamwoord Standaardnederlands -
verkleinwoord - -

het Standaardnederlandso

  1. gestandaardiseerde variant van het Nederlands die wordt onderwezen op scholen en wordt gebruikt door de autoriteiten en media in Nederland, België, Suriname, Curaçao, Sint Maarten, Bonaire, Sint Eustatius, Saba en Aruba
    • Standaardnederlands werd in de 19e en 20 eeuw vaak 'Algemeen Beschaafd Nederlands' of ABN genoemd. 
  • ABN
  • Algemeen Beschaafd Nederlands
  • Algemeen Nederlands
  NODES
see 1