abies

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) aby


  • IPA: /ˈabɪˌʲeːs/
  • a·bi·es

ăbĭēs v

  1. (coniferen) den, zilverspar
  2. dennenhout
  3. voorwerp in dennenhout (speer, schip, lans, brief (op een dennenhouten schrijftablet))
  NODES