• be·lief
vervoeging van
believen

belief

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van believen
    • Ik belief. 
  2. gebiedende wijs van believen
    • Belief! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van believen
    • Belief je? [1]



enkelvoud meervoud
belief -

belief

  1. geloof
  NODES