februari

Nederlands

Uitspraak

Geluid: februari (hulp, bestand)
IPA: / febryˈwari / (4 lettergrepen); /febryˈwaːri/

Woordafbreking

fe·bru·a·ri

Woordherkomst en -opbouw

Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘tweede maand’ voor het eerst aangetroffen in 1376 ^[1]
Komt van het Latijnse mensis Februarius (de maand van Februa, met het achtervoegsel -arius). Februa (letterlijk: reinigingen) was het Romeinse reinigingsfeest.

Zelfstandig naamwoord

de februari m

(tijdrekening) de tweede maand van het jaar volgens de gregoriaanse kalender
- Het sneeuwklokje bloeit al in februari.

Schrijfwijzen

feb.
febr.

Synoniemen

sprokkelmaand

Verwante begrippen

Maanden in het Nederlands
januari	februari	maart	april	mei	juni	juli	augustus	september	oktober	november	december

Vertalingen

1. de tweede maand van het jaar

Abchazisch: жәабран ^(ab)
Afrikaans: Februarie ^(af)
Alabama: hasiholtina istatókla, Febwiiri
Albanees: shkurti ^(sq)
Angelsaksisch: solmonaþ ^(ang) m
Arabisch: فبراير ^(ar) m
Aragonees: frebero ^(an) m
Armeens: փետրվար ^(hy)
Asturisch: febreru ^(ast) m
Azeri: fevral ^(az)
Baskisch: otsail ^(eu)
Bosnisch: februar ^(bs) m
Bretons: C'hwevrer ^(br) m
Bulgaars: февруари ^(bg) m
Catalaans: febrer ^(ca) m
Cebuano: pebrero
Cherokee: ᎧᎦᎵ ^(chr)
Chinees: 二月 ^(zh)
Cornisch: mys Whevrer ^(kw)
Deens: februar ^(da) g
Duits: Februar ^(de) m
Engels: February ^(en)
Esperanto: februaro ^(eo)
Estisch: veebruar ^(et)
Faeröers: februar ^(fo)
Filipijns: Pebrero
Fins: helmikuu ^(fi)
Frans: février ^(fr) m
Fries: febrewaris ^(fy) g, febrewaarje ^(fy) g
Friulisch: fevrâr
Galicisch: febreiro ^(gl) m
Georgisch: თებერვალი ^(ka)
Grieks: Φεβρουάριος ^(el) m
Hawaïaans: Pepeluali
Hebreeuws: פברואר ^(he)
Hindi: फरवरी ^(hi)
Hongaars: február ^(hu)
Ido: februaro ^(io)
Iers: Feabhra ^(ga)v
IJslands: febrúar ^(is)
Iloko: febrero
Indonesisch: Februari ^(id)
Interlingua: februario ^(ia)
Interlingue: februar ^(ie)
Italiaans: febbraio ^(it) m
Japans: 2月 ^(ja)
Javaans: Februari ^(jv)
Kabylisch: furar
Kannada: ಫೆಬ್ರುವರಿ ^(kn)
Kasjoebisch: gromicznik ^(csb) m
Khmer: កុម្ភៈ ^(km)
Kituba: febuali
Koerdisch: sibat ^(ku) v
Koreaans: 이월 ^(ko)
Krim-Tataars: fevral
Kroatisch: veljača ^(hr) v
Laotiaans: ກຸມພາ ^(lo)
Latijn: Februarius ^(la) m
Lets: februāris ^(lv)
Lezgi: эхем
Limburgs: fibberwarie ^(li) m
Litouws: vasaris ^(lt) m

Luxemburgs: Februar ^(lb) m
Macedonisch: фебруари ^(mk) m
Maleis: Februari ^(ms)
Maltees: Frar ^(mt)
Mantsjoe: juwe biya
Maori: pepuere ^(mi)
Navajo: Atsá Biyáázh
Nedersaksisch: febrewaori ^(nds)
Nedersorbisch:
- Romaans: februar ^(dsb)
- Slavisch: swěckowny ^(dsb)
Noors: februar ^(no) m
Novial: februare
Nynorsk: februar ⁽ⁿⁿ⁾ m
Occitaans: febrièr ^(oc) m
Oekraïens: лютий ^(uk) m
Ojibwe: namebini-giizis
Oppersorbisch: februar ^(hsb)
Papiaments: febrüari
Perzisch: فوریه ^(fa)
Pontisch: Κούντουρος ^(pnt) m
Pools: luty ^(pl) m
Portugees: Fevereiro ^(pt) m (Portugees), fevereiro ^(pt) m (Braziliaans-Portugees)
Roemeens: februarie ^(ro) m
Russisch: февраль ^(ru) m
Sami: guovvamánnu
Samoaans: Fepuari ^(sm)
Sardisch: frearzu ^(sc) m
Schots: februar ^(sco)
Servisch:
- Cyrillisch: фебруар ^(sr) m
- Latijns: februar ^(sr) m
Servo-Kroatisch: februar ^(sh) m
Siciliaans: frivaru ^(scn) m
Sloveens: fébruar ^(sl) m
Slowaaks: február ^(sk) m
Somalisch: febraayo ^(so)
Spaans: febrero ^(es) m
Soendanees: pébruari ^(su)
Swahili: Februari ^(sw)
Tachelhit: xubayr
Tagalog: Pebrero ^(tl)
Tamil: பிப்ரவரி ^(ta)
Tataars:
- Cyrillisch: февраль ^(tt)
- Latijns: febräl ^(tt)
Telugu: ఫిబ్రవరి ^(te)
Thai: กุมภาพันธ์ ^(th)
Tigrinya: ለካቲት ^(ti)
Tsjechisch: únor ^(cs) m onbezield
Tsjetsjeens: эхем
Tsjoevasjisch: нарӑс
Turks: şubat ^(tr)
Vietnamees: tháng hai ^(vi)
Volapük: febul ^(vo)
Waals: fevrî ^(wa)
Welsh: Chwefror ^(cy) m
Wit-Russisch: люты ^(be)
Xhosa: uFebruwari
Zoeloe: uFebruwari ^(zu)
Zweeds: februari ^(sv) g

Gangbaarheid

Het woord februari staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "februari" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.^[2]

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

Javaans

Zelfstandig naamwoord

februari

februari

Papiaments

Woordherkomst en -opbouw

Ontleend aan het Nederlandse februari en etymologisch gespeld

Zelfstandig naamwoord

februari

februari

Schrijfwijzen

Schrijfwijze op Bonaire en Curaçao: febrüari.

Maanden in het Papiaments
Bonaire en Curaçao: Aruba:	yanüari januari januari	febrüari februari februari	mart maart maart	aprel april april	mei mei mei	yüni juni juni	yüli juli juli	ougùstùs augustus augustus	sèptèmber september september	oktober october oktober	novèmber november november	desèmber december december

Zweeds

Uitspraak

Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordafbreking

fe·bru·ari

Woordherkomst en -opbouw

Afkomstig van het Latijnse woord februarius

februars	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	februar	februarimånaden	februarimånader	februarimånaderna
genitief	februars	februarimånadens	februarimånaders	februarimånadernas

Zelfstandig naamwoord

februari, g

februari

Maanden in het Zweeds
januari januari	februari februari	mars maart	april april	maj mei	juni juni	juli juli	augusti augustus	september september	oktober oktober	november november	december december

[p{{{1}}}-1] "februari" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3

[2] Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

[1]

[2]