geleken
- ge·le·ken
- vervoeging van gelijken: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling ij-ee (IPAː /ɛɪ/ - /e/)
- vervoeging van lijken: de stam met omvoegsel ge- -en maar met een klinkerwisseling ij-ee (IPAː /ɛɪ/ - /e/)
vervoeging van: | lijken… |
geen verbogen vorm |
geleken
- voltooid deelwoord van lijken
vervoeging van |
---|
gelijken |
geleken
- meervoud verleden tijd van gelijken
- Wij geleken.
- Jullie geleken.
- Zij geleken.
- Wij geleken.
- voltooid deelwoord van gelijken
- Het woord geleken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.