• ke·gel·spel
enkelvoud meervoud
naamwoord kegelspel kegelspellen
kegelspelen
verkleinwoord - -

het kegelspelo

  1. het spelen met kegels
  2. de benodigdheden voor het spel
    • als een hond in een kegelspel - helemaal niet welkom zijn[1]
98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]
  NODES