openschieten
- open·schie·ten
- samenstelling van open en schieten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
openschieten |
schoot open |
opengeschoten |
klasse 2 | volledig |
openschieten [1]
- onovergankelijk plotseling en snel opengaan
- Het woord openschieten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.