opgeschrikt
- Geluid: opgeschrikt (hulp, bestand)
- op·ge·schrikt
- vervoeging van opschrikken: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van op bw en geschrikt ww
vervoeging van: | opschrikken… |
verbogen vorm: | opgeschrikte |
opgeschrikt
- voltooid deelwoord van opschrikken
- ▸ De veerboot is een hogesnelheids-draagvleugelboot, die op verhoogde vinnen drijft en zo boven het water zweeft. Het schip was op weg van Niigata op hoofdeiland Honshu naar het eiland Sado toen de 121 passagiers werden opgeschrikt door een harde klap.[1]
- Het woord opgeschrikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opgeschrikt" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron “Veel gewonden op Japanse veerboot door botsing met walvis” (09-03-2019), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be