plevier
- ple·vier
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plevier | plevieren |
verkleinwoord | pleviertje | pleviertjes |
de plevier m
- (steltloperachtigen) benaming voor alle vogels uit de geslacht Charadrius , vrij gedrongen steltlopers met een korte nek en lange, meestal puntige vleugels
- (steltloperachtigen) benaming voor sommige steltlopers uit de familie Charadriidae buiten het geslacht Charadrius die daar wel op lijken
In onderscheid met de kieviten die ook tot dit geslacht behoren, maar meestal afgeronde vleugels hebben. - (steltloperachtigen) algemene benaming voor vogels uit de familie Charadriidae die 67 soorten middelgrote tot kleine steltlopers omvat
- Ook de kievit wordt tot de plevieren gerekend.
- (steltloperachtigen) benaming voor sommige steltlopers Charadriiformes buiten de familie Charadriidae die op vogels uit het geslacht Charadrius lijken
- pluvier (niet meer gangbaar in de nomenclatuur)
vogels die plevier worden genoemd
- Amerikaanse bontbekplevier (Charadrius semipalmatus)
- Amerikaanse goudplevier (Pluvialis dominica)
- Amerikaanse strandplevier (Charadrius nivosus)
- andesplevier (Oreopholus ruficollis)
- Australische renplevier (Peltohyas australis)
- Aziatische goudplevier (Pluvialis fulva)
- bontbekplevier (Charadrius hiaticula)
- diadeemplevier (Phegornis mitchellii)
- dikbekplevier (Charadrius wilsonia)
- driebandplevier (Charadrius tricollaris)
- dubbelbandplevier (Charadrius bicinctus)
- dwergplevier (Charadrius melodus)
- falklandplevier (Charadrius falklandicus)
- Forbes' plevier (Charadrius forbesi)
- goudplevier (Pluvialis apricaria)
- herdersplevier (Charadrius pecuarius)
- Japanse bontbekplevier (Charadrius placidus)
- Javaanse strandplevier (Charadrius javanicus)
- Kaapse plevier (Charadrius pallidus)
- Kaspische plevier (Charadrius asiaticus)
- killdeerplevier (Charadrius vociferus)
- kleine plevier (Charadrius dubius)
- kraagplevier (Charadrius collaris)
- krabplevier (Dromas ardeola)
- madagaskarplevier (Charadrius thoracicus)
- magelhaenplevier (Pluvianellus socialis)
- Maleise plevier (Charadrius peronii)
- maskerplevier (Elseyornis melanops)
- Mongoolse plevier (Charadrius mongolus)
- morinelplevier (Charadrius morinellus)
- Nieuw-Zeelandse plevier (Thinornis novaeseelandiae)
- Patagonische plevier (Charadrius modestus)
- prairieplevier (Charadrius montanus)
- punaplevier (Charadrius alticola)
- roodknieplevier (Erythrogonys cinctus)
- roodkopplevier (Charadrius ruficapillus)
- rosse plevier (Charadrius obscurus)
- scheefsnavelplevier (Anarhynchus frontalis)
- sint-helenaplevier (Charadrius sanctaehelenae)
- smidsplevier (Vanellus armatus)
- steppeplevier (Charadrius veredus)
- strandplevier (Charadrius alexandrinus)
- vale strandplevier (Charadrius marginatus)
- vorkstaartplevier (Glareola pratincola)
- witwangstrandplevier (Charadrius dealbatus)
- woestijnplevier (Charadrius leschenaultii)
- zilverplevier (Pluvialis squatarola)
- zwartkopplevier (Thinornis cucullatus)
1.
- Het woord plevier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "plevier" herkend door:
58 % | van de Nederlanders; |
35 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ plevier op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be