strijkorkest

Nederlands

[1+2] strijkorkest

Uitspraak

• Geluid:  strijkorkest    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• strijk·or·kest

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  strijken ww  en  orkeset zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	strijkorkest	strijkorkesten
verkleinwoord	strijkorkestje	strijkorkestjes

Zelfstandig naamwoord

het strijkorkest o

1. groep muzikanten die ieder een strijkinstrument bespelen

   • Een van de stukken die ze speelden was het Concert voor altviool en strijkorkest van de Amsterdamse componist Leo Smit. Smit was geboren in een Sefardisch joodse familie en cum laude afgestudeerd aan het Amsterdams Conservatorium.  
   • In de hoek bij de slaapgebouwen stond een podium opgesteld waarop een strijkorkest een moedige poging deed Vivaldi's Vier Jaargetijden te spelen.  
   • Koorzangers en strijkorkesten maken geen gebruik van toetsen en kunnen daardoor élke toonhoogte produceren, en wel loepzuivere noten voortbrengen. Dit geeft een heel speciaal effect, zegt Klapwijk. Muziek kan dan hemels klinken. 

2. groep strijkinstrumenten die samen een muziekstuk ten gehore brengen

Synoniemen

• strijkje

Vertalingen

    1. groep muzikanten die ieder een strijkinstrument bespelen   

Engels: string orchestra (en)

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord strijkorkest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.