sweater

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  sweater    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• swea·ter

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘trui’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1903

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	sweater	sweaters
verkleinwoord	sweatertje	sweatertjes

Zelfstandig naamwoord

de sweater m

1. een sportieve katoenen trui

   • Voordat we weggaan, wil ik dat je een sweater meeneemt. 

Vertalingen

    een sportieve katoenen trui   

Duits: Pullover (de) m Engels: sweater (en)

Frans: sweater (fr) m Spaans: suéter (es) m

Gangbaarheid

• Het woord sweater staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sweater" herkend door:

97 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Engels

Uitspraak

• Geluid:  sweater (VS)    (hulp, bestand)

enkelvoud	meervoud
sweater	sweaters

• IPA:

Zelfstandig naamwoord

sweater

1. (kleding) sweater, trui [1]