• ver·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord verheid verheden
verkleinwoord

de verheidv

  1. de afstand, de lengte
    • Met boldriehoeksmeting kan de verheid (afstand) tussen twee punten worden bepaald, de koers van afvaart, de vertex en eventueel een samengesteld traject als de breedte te hoog wordt. [2] 
  • ver·heid
  • vervoeging van verheien: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van: verheien…
verbogen vorm: verheide

verheid

  1. voltooid deelwoord van verheien
30 % van de Nederlanders;
36 % van de Vlamingen.[3]
  NODES