vormsel
- vorm·sel
- Naamwoord van handeling van vormen met het achtervoegsel -sel, in de betekenis van ‘een sacrament’ voor het eerst aangetroffen in 1410 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vormsel | vormsels |
verkleinwoord | - | - |
het vormsel o
- (religie) (christendom) sacrament waardoor een gedoopte de kracht van de Heilige Geest ontvangt om zijn geloof standvastig te kunnen belijden
- De meeste kinderen worden gedoopt als ze een baby zijn en doen hun eerste heilige communie als ze zeven of acht jaar zijn. De gebruikelijke leeftijd om het vormsel te ontvangen is twaalf of dertien jaar. [2]
- confirmatie (katholicisme)
- confirmatie (protestantisme)
- communie, doop, sacrament
1. een sacrament waardoor een gedoopte de kracht van de Heilige Geest ontvangt om zijn geloof standvastig te kunnen belijden
- Het woord vormsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vormsel" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "vormsel" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Katholieken en hun vieringen (feesten). Eerste Communie op website: VenstersOpKatholiekGeloven.nl; geraadpleegd 2018-07-23
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be