zelfkazend

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zelfkazend    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zelf·ka·zend

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  zelf zn  en  kazend bn 

	stellend
onverbogen	zelfkazend
verbogen	zelfkazende
partitief	zelfkazends

Bijvoeglijk naamwoord

zelfkazend

1. zelf kaas maken van de melk die men produceert op de eigen boerderij

Gangbaarheid

• Het woord zelfkazend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.