zelfoverstijging
- zelf·over·stij·ging
- samenstelling van zelf zn en overstijging zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zelfoverstijging | zelfoverstijgingen |
verkleinwoord |
de zelfoverstijging v
- het beter worden dan men was; het de grenzen van het eigen kunnen overschrijden
- ▸ Parallel daaraan plaatst Halik God in het kader van de liefde. Liefde is per definitie zelfoverstijging. „God is de diepte die wij binnengaan wanneer wij onszelf in de liefde overstijgen.”[1]
- Het woord zelfoverstijging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron dr. A. J. Plaisier“Tomas Halik overspeelt zijn hand in ”Ik wil dat jij bent”” (07-07-2017), Reformatorisch Dagblad