Alois Hitler sr.
Alois Hitler (Strones, 7 juni 1837[1] - Leonding, 3 januari 1903[2]), geboren als Alois Schicklgruber, was de vader van de Duitse dictator Adolf Hitler.
Alois Hitler | ||||
---|---|---|---|---|
Alois Hitler in het uniform van de Oostenrijkse douane
| ||||
Algemene informatie | ||||
Geboren | 7 juni 1837 Strones | |||
Overleden | 3 januari 1903 Leonding | |||
Nationaliteit(en) | Oostenrijk-Hongarije | |||
Beroep(en) | Douanemedewerker | |||
Bekend van | Vader van Adolf Hitler | |||
|
Alois werd geboren als de onwettige zoon van Maria Anna Schicklgruber en droeg daarom de naam van zijn moeder.[1] Vijf jaar later huwde Maria Anna met de molenaarsknecht Johann Georg Hiedler.
Mogelijk was Johann Georg Hiedler, die in het Derde Rijk officieel voor de grootvader van de Führer doorging, niet de biologische vader. Als mogelijke vader van Alois komt ook de broer van Johann Georg in aanmerking. Dit was Johann Nepomuk Hiedler (later Hüttler), die in Spital Nr. 36 woonde waar Alois Hitler werd grootgebracht.[1] Alois Hitler was daarom een echt lid van de Hitlerfamilie.
Naoorlogs verwantschapsonderzoek wees uit dat het DNA van het Y-chromosoom van de achterkleinzoons van Alois Hitler identiek was met dat van Hitlerfamilieleden uit Neder-Oostenrijk. Daarmee werd onomstotelijk bewezen dat Alois Hitler dezelfde gemeenschappelijke voorvader had als de nog levende verwanten Hüttler in het Waldviertel.[3]
Verdere biografische informatie
bewerkenAlois Schicklgruber veranderde zijn naam later (op 23 november 1876) in het op Hiedler gelijkende Hitler.[4]
Alois had niet meer opleiding genoten dan de lagere school, maar wist toch bij de douane carrière te maken.[5] Op het moment dat hij overleed verdiende hij een salaris dat ongeveer overeenkwam met dat van een directeur van een lagere school. Alois was een humeurige man, die als grote passie de bijenteelt had, en wiens grote wens het was om een eigen huis met een lapje grond te bezitten. Na zijn werk liep hij eerst altijd naar zijn bijenkorven om vervolgens via het café naar huis te gaan. Het gezinsleven lag hem niet: hij was een humeurige en ongeduldige echtgenoot. Met name zijn derde vrouw, Klara Pölzl, die overigens ook zijn nichtje was, moest het ontgelden: ze werd afgesnauwd en ook geslagen. Zeer waarschijnlijk reageerde Alois zijn frustraties ook af op zijn oudere kinderen, waaronder Adolf. Klara was geen partij voor haar dominante echtgenoot en kon zichzelf noch haar kinderen beschermen.
Alois trouwde drie keer:
- Anna Glassl, geen kinderen;[6]
- Franziska Matzelsberger, kinderen Alois jr. en Angela Hitler;[6]
- Klara Pölzl, kinderen Gustav, Ida, Otto, Adolf, Edmund en Paula Hitler.[6]
Van de kinderen die Alois Hitler bij Klara Pölzl had, zouden alleen Adolf en Paula hun prille jeugd overleven.
Na het overlijden van Gustav, Otto en Edmund kon Alois zijn wensen alleen nog maar op Adolf projecteren. Hij hoopte dat Adolf in zijn voetsporen zou treden, maar Adolf was toen al zodanig van zijn vader vervreemd dat "(alleen al) de gedachte hem misselijk maakte". Gecombineerd met de opvliegendheid en humeurigheid van Alois, en de zachtaardigheid van Klara die Adolf niet kon beschermen, leidde dit tot conflicten en wrokgevoelens tussen vader en zoon. Het verergerde toen Alois met pensioen ging en dus vaker thuis was, terwijl Adolfs schoolprestaties achteruit gingen.
Ook de politieke denkbeelden van Hitler zouden door de verstoorde vader-zoonrelatie worden beïnvloed. Alois Hitler was een aanhanger van de Dubbelmonarchie, zijn uiteindelijke werkgever. Adolf Hitler werd op school al beïnvloed door Groot-Duitse denkbeelden, waarin voor een onafhankelijk Oostenrijk geen plaats was. Het is mogelijk dat hij zich met deze denkbeelden van zijn vader wilde afzetten en hem later zelfs opzettelijk sarde door de staat aan wie hij zijn leven had gewijd, belachelijk te maken.
Op 3 januari 1903 overleed Alois Hitler plotseling in de Gasthaus Stiefler.[2] Hij zakte achter zijn tafel in elkaar. Medische hulp mocht niet meer baten.
Maria Anna Schicklgruber | Johann Georg Hiedler | Eva Maria Decker | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Johanna Hüttler | Johann Baptist Pölzl | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna Glassl | Franziska Matzelsberger | Alois Hitler | Klara Pölzl | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bridget Dowling | Alois Hitler | Hedwig Heidemann | Leo Raubal | Angela Hitler | Martin Hammitzsch | Gustav | Ida | Otto | Edmund | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
William Patrick Hitler | Heinz Hitler | Leo Rudolf Raubal | Geli Raubal | Elfriede Raubal | Ernst Hochegger | Eva Braun | Adolf Hitler | Paula Hitler | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4 zonen | Peter Raubal | Heiner Hochegger | Angela Hochegger | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
- ↑ a b c Ian Kershaw, Hitler 1889-1936: Hoogmoed, Spectrum. 2008, pag. 31
- ↑ a b Ian Kershaw, Hitler 1889-1936: Hoogmoed, Spectrum. 2008, pag. 46
- ↑ Jean-Paul Mulders: Op zoek naar de zoon van Hitler. Uitgeverij Aspekt. Soesterberg, 2009
- ↑ Ian Kershaw, Hitler 1889-1936: Hoogmoed, Spectrum. 2008, pag. 32
- ↑ Ian Kershaw, Hitler 1889-1936: Hoogmoed, Spectrum. 2008, pag. 39
- ↑ a b c Ian Kershaw, Hitler 1889-1936: Hoogmoed, Spectrum. 2008, pag. 33