antidepressivum

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  antidepressivum    (hulp, bestand)
• IPA: /ˌɑntideprɛˈsivʏm/

Woordafbreking

• an·ti·de·pres·si·vum

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van depressivum met het voorvoegsel anti-

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	antidepressivum	antidepressiva
verkleinwoord	antidepressivumpje	antidepressivumpjes

Zelfstandig naamwoord

het antidepressivum o

1. (medisch) een middel tegen ziekelijke neerslachtigheid

   • Een antidepressivum dient na 2 tot 4 weken merkbaar verbetering te geven. 

Synoniemen

• stemmingsverbeteraar

Hyperoniemen

• medicijn

Vertalingen

    1. een middel tegen ziekelijke neerslachtigheid   

Duits: Antidepressivum (de) o Engels: antidepressant (en)

Frans: antidépresseur (fr) m Spaans: antidepresivo (es) m

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord antidepressivum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.