garden
Niet te verwarren met: gaarden |
- gar·den
de garden mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord gard
- Het woord garden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Geluid: garden (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈgɑrdn/
enkelvoud | meervoud |
---|---|
garden | gardens |
garden
- yard (Amerikaans Engels)
- gar·den
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
garden
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van gard
garden
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van garde
- gar·den
garden
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van gard