moeder
- moe·der
|
|
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | moeder | moeders |
verkleinwoord | moedertje | moedertjes |
de moeder v
- (familie) vrouwelijke ouder
- persoon of zaak die op een moeder lijkt omdat dit het oorspronkelijk voortbrengende is bijv. moederbedrijf
- het oudste en belangrijkste element van een verzameling
- ▸ En zo was ik ineens klaar voor de moeder aller tochten, de PCT.[3]
- [2] dochter
|
- Bij moeders pappot blijven
Niet verder kijken dan het eigen huis; thuis blijven wonen
- Daar helpt geen lieve moeder aan
Daar helpen zelfs lieve woordjes niet
- (informeel) Je moeder
Als beledigend, gemelijk, narrig etc. bedoelde afwijzing van bijv. een verzoek of voorstel
- Moeders wil is wet
Wat moeder wil, dat gebeurt
- Niet moeders mooiste
Gezegd van iemand die of iets wat erg lelijk, afstotelijk e.d. is
- Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast
Door voorzichtigheid wordt schade voorkomen
- Zo moeder, zo dochter
een vrouw lijkt op haar moeder
1. een vrouwelijke ouder
|
|
vervoeging van |
---|
moederen |
moeder
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moederen
- Ik moeder.
- gebiedende wijs van moederen
- Moeder!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moederen
- Moeder je?
- Het woord moeder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "moeder" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ moeder op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "moeder" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | moeder | moeder |
genitief | moeder | moed(e)re |
datief | moeder | moed(e)ren |
accusatief | moeder | moeder |
moeder v
moeder
moeder