• sev·mek

sevmek

  1. houden van, genegenheid voelen voor, sympathie voelen voor
  2. houden van, liefde voelen voor, liefhebben, beminnen (van een geliefde)
  3. leuk vinden, fijn vinden, houden van (bijv. van dingen, gebeurtenissen, activiteiten)
  4. lekker vinden, graag lusten (van voeding)
  5. liefkozen, strelen, knuffelen
  6. goed gedijen (op een bepaalde plaats, in bepaalde omstandigheden)
  NODES